
Educatie is een van de speerpunten van Pennings Foundation. Naast workshops, cursussen en lezingen wordt ook ingezet op scholenbezoek. Nu het expositie-programma voor het hele jaar al op de website staat, kunnen docenten zich ruim tevoren oriënteren en kijken welke expositie interessant is om met een klas te komen bekijken. (zie ook blog #23)
9 oktober 2019 bezocht docente Chantal Schreurs van het Huygens Lyceum met haar CKV-klas de expositie Disneyfication van Theo Derksen (zie blog #15).
De fotograaf was zelf aanwezig om tekst en uitleg te geven over deze tentoonstelling. “Dat vonden de leerlingen super tof”, vertelde de docente na afloop.
Het was voor alle leerlingen de eerste keer dat ze bij Pennings Foundation binnen kwamen. Ze hadden geen idee wat achter de glazen pui verscholen zat en waren verrast dat hier een kunstinstelling zat. “Ze hadden vanaf de buitenkant nooit verwacht wat zij aan de binnenkant hebben mogen zien.”

De tentoonstelling Disneyfication toonde een selectie uit een grote serie waar Derksen 20 jaar aan heeft gewerkt. Disneyfication gaat over een wereldwijd fenomeen: het mooier maken van de stedelijke omgeving door grote foto’s op te plakken. Dat kunnen reclame- en modefoto’s zijn om mensen aan te zetten tot kopen. Of filmaffiches om de aandacht te vestigen op nieuwe bioscoopfilms. Maar ook niet-commerciële foto’s verfraaien het straatbeeld, o.a. foto’s van moderne architectuur of van mooie landschappen. Deze zijn opgeplakt op schuttingen die lelijke stadsdelen aan het oog moeten onttrekken, zoals bouwputten, drukke verkeersaders, maar ook krottenwijk. Het mooier maken van de werkelijkheid.

Theo Derksen had van Disneyfication documentaire foto’s kunnen maken, zodat duidelijk zichtbaar zou zijn wat werkelijkheid en wat mooimakerij was. Maar daar heeft hij niet voor gekozen. Hij zoomde in op de opgeplakte foto’s en koos zijn kader zó dat nog net iets van de omgeving zichtbaar was. Heel subtiel dus. Vaak wachtte hij net zo lang tot er een voorbijganger voor zijn kader verscheen, zodat een vervreemdend effect optrad vanwege het contrast tussen werkelijkheid en fictie.
De expositie toonde nogal wat complexe beelden waarbij je je telkens afvroeg: ‘Waar kijk ik nu eigenlijk naar?’ Theo Derksen gaf bij een aantal foto’s uitleg over hoe we deze beelden konden ‘lezen’. Daarna keken de leerlingen zelf rond. Want het is natuurlijk het leukst als je zelf ontdekt hoe een beeld in elkaar zit.

Na afloop besprak de docente met de leerlingen hun ervaringen met het bezoek aan Pennings Foundation. Hierbij een greep uit de evaluatie:
“De foto's lieten vaak een dubbel gevoel achter. De werkelijkheid is vaak mooier wanneer je het verdoezelt maar toch kun je die werkelijkheid niet helemaal wegkrijgen. Die boodschap was duidelijk en dat zagen de leerlingen ook echt terug in het werk van de fotograaf”.

“De leerlingen vonden het ook bijzonder dat veel foto's niet direct duidelijk zichtbaar maakten wat nu precies de werkelijkheid was en wat er nu met Disneyfication werd verdoezeld.”
Een aantal leerlingen gaven bij de evaluatie de tip “om naast iedere foto in de expositie een blaadje te hangen wat je zou kunnen omdraaien met daarop de informatie over wat nou werkelijkheid is op de foto en welk deel Disneyfication bevat. Bij sommige werken was dit namelijk niet heel duidelijk en ze waren met te veel leerlingen om bij ieder werk uitleg te kunnen vragen aan de fotograaf.”
“Ook vonden onze leerlingen het lastig dat de verschillende foto's niet gegroepeerd waren en bij elkaar hingen binnen een bepaald subthema. Ze konden namelijk wel verschillende werken met elkaar linken maar dan moesten zij weer opnieuw opzoek naar waar dat andere werk nou ook alweer hing...”
Zelf op pad
Na het bezoek stuurde de docente de leerlingen op pad met de opdracht om zelf op zoek te gaan naar voorbeelden van Disneyfication en deze te fotograferen. Uit de foto’s van de leerlingen bleek dat ook in onze omgeving Disneyfication voorkomt. Een paar leerlingen kwamen terug met foto’s van graffiti op muren. Maar ook waren er leerlingen die hadden ingezoomd op hun onderwerp, waardoor het beeld spannender werd. Want door het gekozen kader was niet direct duidelijk wat nu werkelijkheid was en wat fictie. Het zijn beelden waar je wat langer naar moet kijken. Deze leerlingen hadden niet alleen begrepen dat ‘wat’ je fotografeert belangrijk is, maar ook ‘hoe’ je iets fotografeert. Deze leerlingen hadden dus goed naar het werk van Theo Derksen gekeken.
De fotograaf had nog wel een tip: als je een voorbijganger mee fotografeert, wordt je beeld nog spannender. Het is dan net alsof die voorbijganger een link heeft met de achtergrond. Een leerling heeft dat gedaan met een object (in dit geval een winkelwagentje) en dat kan natuurlijk ook. ‘Het zet je op het verkeerde been.’ Je denkt daardoor weer: ‘Waar kijk ik nu eigenlijk naar?’




Dit was niet alleen een zeer geslaagd bezoek van een klas aan een tentoonstelling. Dit was ook een leuke les in beeldtaal.
Met dank aan Chantal Schreurs, docente CKV van het Huygens Lyceum, voor het opsturen van de evaluatie en de foto’s van de leerlingen.

Comments